Al ga ik niet terugblikken, voor mij geen top tien van
voorstellingen of een top vijf van fraaie belevenissen. Dat komt later wel, als
ik het jaarverslag schrijf. Hoewel ik wel even wil melden dat ik erg onder de
indruk was van ‘The Nation’ van Eric de Vroedt en van ‘Wir sagen uns Dunkles’
van Marco Goecke voor de jonge dansers van NDT-2. Oh ja, en dat ik het heel
stoer vond dat ik dit jaar zowel Koning Willem-Alexander, Koningin Maxima als
Prinses Beatrix de hand mocht schudden in Theaters Tilburg.
Maar goed, dit is de laatste dag van het jaar en daarmee de
18.597-ste dag van mijn bestaan. En als ik Harrie Jekkers mag geloven, dan heb
ik van de 26.000 dagen tussen niets en eeuwigheid er dus nog maar 7.403 over.
Dat is niet erg veel vind ik, dus ik hoop maar dat hij het mis heeft. Sinds ik
in het theater werk lijken de dagen en weken steeds korter. Steeds is er die
run naar de kerst, dan naar de publicatie van het nieuwe seizoen en tenslotte
naar de zomervakantie. In een carrousel die steeds sneller lijkt te draaien.
Als ik vooruitblik op de rapportcijfers van dit jaar dan ben
ik erg trots. Het lijkt alsof we de laatste maanden record na record breken.
Meer bezoekers dan voorheen, hoge scores op klanttevredenheid, een programma van
voorstellingen en concerten met veel sterren in de recensies, hoge bezettingen
van restaurant Lucebert, een aantal toonaangevende evenementen en met dat alles
ook nog gunstige financiƫle cijfers. Het gaat goed met Theaters Tilburg en dat
maakt me dankbaar.
Wat ben ik toch blij met de mensen waarmee ik in ons huis mag
werken. Dag na dag, avond aan avond is het weer bal, kunnen ze weer aan de bak
en doen ze hun werk goed en met veel plezier. Terwijl het er echt niet rustiger
en makkelijker op wordt bij Theaters Tilburg. Integendeel, we bedenken steeds
weer nieuwe dingen die imposanter en ingewikkelder zijn dan daarvoor. Dat doen
we niet alleen, we werken met steeds meer partners samen in ons huis dus mijn
erkentelijkheid geldt ook voor hen.
Denk maar eens aan het Metropole Orkest en Jameszoo
afgelopen week, dat was toch weer een toppertje dat zonder de samenwerking met Paul
van Kemenade en zijn stichting niet mogelijk was geweest. Of die fraaie
jeugdprogrammering die naadloos is afgestemd met de NWE Vorst en die folder die alle
Tilburgse basisschoolleerlingen in hun rugzakje meenamen afgelopen herfst. Het
zijn dus de partners waarmee we mogen werken, binnen een cultureel klimaat dat beter
is dan ooit. Vooral toch ook dankzij de onaflatende inzet van onze wethouder
Marcelle Hendrickx en haar enthousiaste cultuurambtenaren. Die hebben een sterke
visie neergelegd en er vervolgens voor gezorgd dat er ruimte is om daar
invulling aan te geven. En wij zetten op onze beurt ook onze schouders
daaronder. Tof toch?
Dus ja, ik ben vooral dankbaar voor al die mensen die
er voor zorgen dat wij in deze stad zo’n bijzondere momenten mogelijk mogen
maken, al die onvergetelijke ontmoetingen tussen artiesten en publiek. En ik
ben geraakt door Martijn Neggers, die zich liet inspireren door Lucebert en een
mooi gedicht schreef over waar het echt om draait in ons huis. Dus als u
dacht, wat staat daar nou? Dan is dit de tekst die u deze dagen leest op de
lichtkrant op de schouwburg.
Wat steeds van waarde blijkt zal ik omarmen
En hier, hier zal het wonen, dag, en nacht
een treurspel in een paar miljoen bedrijven;
een woeste dans die fel is opgebloeid;
een lege, stil geworden wildernis.
Het zal hier thuis zijn en het zal hier blijven
en wij zien toe hoe alles ademt, groeit
en rijk wordt, hoe dan ook, wat weerloos is
Wat weerloos is: wat steeds van waarde blijkt.
En ook. Bekijk de indrukwekkende video die 'Wij zijn Tilburg' en Jochen Otten op deze tekst maakten, die staat hier.