Vorige week mocht ik in kleine kring luisteren naar Ludo Hermans, een fluisterende Vlaming die zich al jarenlang bezig houdt met de stedenbouwkundige ontwikkeling van onze stad. Ik voelde me bevoorrecht, want hij vertelde me zaken die volslagen nieuw waren. Ook al was de kennis die hij deelde over de plannenmakerij in Tilburg al decennia oud. Ik spitste mijn oren toen hij sprak over mijn dagelijkse omgeving, over een belangrijk stukje Tilburg dat met de komst van de Cityring in de jaren vijftig bruut werd gescheiden van het oorspronkelijk centrum. Het zijn prikkelende feiten en bespiegelingen die zijn verzameld in het cahier Verweven Stad dat hij heeft samengesteld.
Waarom prikkelend? Wel, sinds ik in Tilburg werk heb ik me verwonderd over de ligging van de schouwburg en concertzaal. Op de een of andere manier lijken deze monumentale gebouwen niets te maken te hebben met andere belangrijke publieke gebouwen zoals de Heikese Kerk, het gemeentekantoor, het paleis-raadhuis, de rechtbank en de pastorie. Het is alsof ze zonder verbinding elk op hun eigen eilandje voornaam staan te wezen. Die verwevenheid is ver te zoeken terwijl dat in vrijwel elke Brabantse stad anders is. Daar staan de kerk, het raadhuis en de kroeg aan de Markt. Wat daarmee vaak het meest prominente plein van de stad is.
Het is al weer enige jaren geleden dat ik met regisseur en artistiek leider Matthijs Rümke zat te mijmeren over de ontwikkeling van de schouwburg en concertzaal. Toen ik klaagde over het verkeer op de Cityring en de beperkingen van die weg voor activiteiten overdag in ons restaurant en de foyers, riep hij me op groter te denken en met meer verbeeldingskracht te dagdromen. Hij was het die me aanspoorde om onbekommerd te streven naar een groot plein in het hart de stad. Een markplein dat begint bij onze voordeur en dat zich uitstrekt tot de achterdeur van het paleis van de koning. Een vlakte zonder auto’s die plaats biedt aan de weekmarkt, de Meimarkt, de Kermis, Tilburg Zingt, Tilburg Culinair en natuurlijk de Summer Singalong van de Nederlandse Musical Dagen. Al hadden we dat nog niet bedacht toen Matthijs er nog was.
In de loop der jaren heb ik die gedachte links en rechts eens gedropt, zonder er ooit echt werk van te maken. Totdat het nu plots weer actueel is. Het college van B&W heeft namelijk de gezamenlijke planteams van het Koningsplein en het Willemsplein gevraagd na te denken over de gewenste ontwikkeling van het Zuidelijk deel van de binnenstad. En dat cahier van Ludo Hermans biedt daar heel veel inspiratie voor. Een van de plaatjes is namelijk al weer bijna 25 jaar geleden getekend door Jo Coenen. Hij tekende het plein nog lang voor ik het ooit kon dromen. Met een Schouwburgring die onder de grond duikt bij de rechtbank om pas ergens bij onze achterdeur weer op maaiveld terecht te komen.
Dus dat is waar ik deze dagen voor pleit. Benut dat lelijke Koningsplein voor woonbebouwing en fraaie groene openbare ruimte en verbind daarmee de Piushaven aan het kernwinkelgebied. En verhuis al die activiteiten die je ooit daar bedacht naar het nieuwe Willemsplein. Benut de Rechtbank en Pastorie voor nieuwe publieke activiteiten en omzoom dat plein met fraaie bomen zoals op de Bossche Parade. Daarmee ontstaan kansen voor de stad waar ook jij niet eerder van durfde te dromen. En doe dat niet voor mij, doe het uit liefde voor de stad.
---
De presentatie van het cahier Verweven Stad is op 11 december in Theaters Tilburg, aanmelden doe je hier. Oh ja, voor Tiaff mocht ik eerder dit jaar ook over mijn gedroomde plein lopen. Dat filmpje vind je hier. En trouwens, die titel is een knipoog naar een ander boekje.